Archeologie van de waterbodems
Nederland is gevormd door de delta van de grote Europese rivieren de Rijn, de Maas en de Schelde. Een deel van Nederland is door bedijkingen en inpoldering gemaakt uit de zee. Het is ook niet verwonderlijk dat Nederland een rijke maritieme traditie kent. Dat zien we terug in ons erfgoed. Delen van schepen, dammen, sluizen en dijken vinden we terug op het droge en onder water. Specifieke kennis over dit erfgoed is vereist om daar zorgvuldig mee om te kunnen gaan. Binnen ADC zijn archeologen actief die u kunnen adviseren over de archeologie van de waterbodems.
De archeologie van de waterbodems is geregeld via een apart werkprotocol (SIKB protocol 4103, 4104 en 4107). De reden is dat de technische vereisten aan dit type onderzoek verschillen van die van de landbodems. Wat betreft aanpak is de onderzoeksaanpak wel gelijk. Bij voorgenomen planwijziging (zoals baggerwerkzaamheden en off-shore activiteiten) wordt een bureaustudie uitgevoerd. Dikwijls wordt deze al snel gecombineerd met een inventariserend onderzoek. Dat zijn vrijwel altijd onderzoeken met behulp van sonar of multibeam apparatuur. Het gaat hier om zogenaamde geofysische methodes waarmee signalen naar de waterbodem gestuurd worden die terugkaatsen. Die signalen worden opgevangen en in kaartbeelden omgezet. Na interpretatie kan een nader verkennend en/of waarderend duikonderzoek worden uitgevoerd. Tenslotte, mocht een object niet kunnen worden behouden op de plek zelf, dan volgt een opgraving onder water.
Bij onderzoek op en in waterbodems komen allerlei aspecten kijken die anders zijn dan bij de archeologie van landbodems. Adviseurs van ADC kennen de markt, adviseren u over de beste werkwijze en kunnen de uitvoering van het onderzoek voor u verzorgen.